Verplichte transparantie over de uiteindelijk begunstigde(n) van de onderneming

De nieuwe wettelijk verplichte transparantie over de uiteindelijk begunstigden van een onderneming vormt in de M&A-praktijk een belangrijk bijkomend actiepunt na realisatie van een overname (“post-closing to do”). Wat? De in België opgerichte vennootschappen, de (i)vzw’s, stichtingen, trusts en juridische entiteiten die vergelijkbaar zijn met fiducieën of trusts, zijn gehouden tot de volgende nieuwe verplichtingen, op grond van de “Wet van 18 september 2017 tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten”: De Wet voegt in het Wetboek van Vennootschappen (artikel 14/1 en 14/2) en in de V&S-Wet[1] (artikel 58/11 en 58/12) de verplichting toe om toereikende, accurate en actuele informatie in te winnen en bij te houden, over wie de zogenaamde “uiteindelijke begunstigden” van de onderneming zijn. De Wet voorziet daarnaast in de oprichting van een centraal register van uiteindelijke begunstigden (UBO-register). De genoemde ondernemingen moeten in dit UBO-register informatie registreren over hun uiteindelijke begunstigden, en moeten

Lees meer »

Met het nieuwe WVV komt een nieuw bestuursmodel voor de NV

Het ontwerp van het nieuwe wetboek van vennootschappen en verenigingen (wvv) bevat een nieuw bestuursmodel voor naamloze vennootschappen (“NV’s”). Naast het monistisch bestuursmodel dat we vandaag kennen, zal men statutair ook kunnen kiezen voor een enige bestuurder of een duaal bestuursmodel met een directieraad en een raad van toezicht. Het nieuwe WVV verruimt ook de mogelijkheden tot aanstelling van en de bevoegdheden van de dagelijks bestuurder. Monistisch bestuur – afzwakking van de ad nutum herroepbaarheid Onder het monistisch bestuursmodel, wordt de NV bestuurd door het klassieke college van minstens 3 bestuurders (verlaagd naar 2 indien er minder dan 3 aandeelhouders zijn). Voor deze bestuurders blijft in beginsel de regel gelden dat zij steeds ad nutum (onmiddellijk) kunnen worden ontslagen door de algemene vergadering, maar dit principe zal niet langer van openbare orde zijn. De algemene vergadering zal onder het nieuwe WVV een opzegtermijn of vertrekvergoeding kunnen toekennen. De statuten kunnen op twee manieren afwijken van deze algemene regel: De statuten

Lees meer »

Ben ik aansprakelijk zolang mijn ontslag als bestuurder niet gepubliceerd is in het Belgisch Staatsblad?

Een overname gaat vaak gepaard met het ontslag van de overlater als zaakvoerder / bestuurder van de vennootschap(pen) die hij overdraagt. De vennootschap moet dit ontslag publiceren in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad. In sommige gevallen volgt de vennootschap (onder controle van de koper) deze publicatie niet op, waardoor er een lange tijdsspanne kan zitten tussen het ontslag en de publicatie ervan. Het voorontwerp van het nieuwe Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen biedt een antwoord en voorziet in de mogelijkheid voor voormalige bestuurders om zelf hun ontslag te publiceren in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad. Zelfs indien de vennootschap (of in de toekomst de bestuurder) zo snel mogelijk overgaat tot publicatie van het ontslag, zullen er nog steeds enkele weken overgaan voordat het ontslag daadwerkelijk is gepubliceerd. Veel verkopers vragen zich dan ook af in hoeverre zij nog aansprakelijk zijn als bestuurder zolang hun ontslag niet is gepubliceerd. De publicatie van het ontslag maakt het ontslag tegenstelbaar aan

Lees meer »

Borgstelling in overnameovereenkomsten – dienen de bewijsvoorschriften van artikel 1326 B.W. te worden nageleefd ?

Een overnameovereenkomst gaat vaak gepaard met een borgstelling van een derde partij ter waarborging van bepaalde verbintenissen van de verkoper of de koper (bv. uitgestelde betaling van de prijs door de koper, schadevergoedingsverplichtingen van de verkoper, etc.). Omdat enkel in hoofde van de borg, en niet in hoofde van de schuldeiser, verbintenissen ontstaan, is de borgtocht een eenzijdige overeenkomst. Precies wegens dit eenzijdig karakter wordt de borgtocht onderworpen aan de bewijsvoorschriften van artikel 1326 B.W. (behoudens wanneer de borgstelling uitgaat van o.m. handelaars, ambachtslieden of landbouwers). De akte van borgtocht dient ofwel eigenhandig door de borg geschreven te zijn, ofwel de door de borg geschreven vermelding “goed voor” en het bedrag van de schuld voluit in letters te bevatten, gevolgd door zijn handtekening. Deze wettelijke bepaling strekt ertoe te vermijden dat in eenzijdige overeenkomsten de schuldeiser, die in principe het enig exemplaar van de akte bezit, misbruik zou maken van een blanco-ondertekening door de schuldenaar of op bedrieglijke wijze de

Lees meer »

Quid met contractueel voorziene clausules voor de prijsbepaling van aandelen in het kader van de geschillenregeling?

De geschillenregeling is een bijzondere vennootschapsrechtelijke procedure waarbij een aandeelhouder een andere aandeelhouder kan dwingen om zijn aandelen over te dragen (i.e. vordering tot uitsluiting) respectievelijk over te nemen (i.e. vordering tot uittreding) ingeval er “gegronde redenen” voorhanden zijn. Hoewel in de praktijk veelvuldig beroep wordt gedaan op deze procedure wanneer een (ernstig) aandeelhoudersconflict is gerezen, kent de concrete toepassing ervan een aantal tekortkomingen. Wellicht één van de grootste pijnpunten is de bepaling van de prijs voor de betrokken aandelen, en meer bepaald het weinig voorspelbare karakter van de waarderingsoefeningen die een gerechtsdeskundige – onder de auspiciën van de rechtbank – doorgaans zal maken. Vaak moet men immers vaststellen dat verschillende deskundigen tot (zeer) uiteenlopende waarderingen komen. De reden ligt voor de hand, nu het resultaat van de waarderingsoefening afhankelijk is van de gehanteerde waarderingsmethode(n), het respectievelijk gewicht van de verschillende waarderingsmethoden, de gebruikte parameters en de concrete invulling ervan. Daarnaast rijst ook vaak discussie over het al dan niet

Lees meer »

Kennisgevingstermijnen voor vorderingen onder de verklaringen en garanties: spreek ze niet enkel af, maar onthoud en communiceer ze ook!

Een overnameovereenkomst legt aan de koper van de aandelen vaak de verplichting op om vorderingen ten aanzien van de verkopers wegens inbreuk op de gegeven verklaringen en garanties ter kennis te brengen van de verkopers binnen een bepaalde termijn (bv. 2 maanden) na kennisname van het feit dat leidt tot de inbreuk. Een spoedige kennisgeving maakt het voor de verkopers immers mogelijk om schadebeperkend op te treden. Een andere finaliteit van het opleggen van een termijn is het bekomen van rechtszekerheid tussen partijen. In de praktijk stellen we vast dat termijnen van 30 dagen, 2 maanden, etc. die bij de contractsonderhandelingen voldoende lang lijken voor de koper, nadien in de praktijk vaak als (te) kort worden ervaren. De tijd die binnen een organisatie nodig is om een schadeverwekkend feit vast te stellen, te linken aan een inbreuk op de verklaringen en garanties en over te gaan tot communicatie aan de verkopers, is vaak langer dan aanvankelijk gedacht. In dit opzicht

Lees meer »

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

* indicates required
Privacy

Intuit Mailchimp